‘Is makelaar een bullshitbaan?’ en andere vragen

Een zinvol leven, dat wil iedereen wel. Maar wat is dat? Journalist en docent van Emmius Peter Henk Steenhuis denkt voor dagblad Trouw nu wekelijks over die vraag na. Hij is begin mei de rubriek ‘De zinzoeker’ gestart. In die rubriek verkent hij antwoorden op alle mogelijke vragen over zingeving. Vaak gaan ze ook over werk, zo had de eerste aflevering de titel: ‘Ben ik in een bullshitbaan beland?’ Het is niet zo dat Steenhuis op elke vraag een panklaar antwoord heeft, zo werkt het vaak niet met zingeving. Maar hij probeert wel elke mogelijke vraag te duiden, en wijst een richting op. De bedoeling is dat de lezer dan zelf verder gerichter op zoek kan gaan naar nieuwe zin. Hij vermoedt ook dat de vragen universeel zijn, zodat lezers zich herkennen, en over het antwoord met elkaar in gesprek gaan.

De vraag: Twee jaar geleden zijn wij overgenomen, met een reorganisatie van ons makelaarskantoor als gevolg. Vroeger had ik het gevoel er voor klanten te zijn, nu moet ik aan marges denken om mijn bonus veilig te stellen. Ik werk voor mijn portemonnee, niet meer voor de koper van een huis. Maar dit zuigt me wel leeg, ik krijg steeds minder zin meer om naar mijn werk te gaan. Is het tijd voor een ander vak?

U bent niet de enige, afgelopen jaren sprak ik bankiers, verpleegsters, buschauffeurs die met hetzelfde gevoel worstelden: ik ben een radertje in een geldmachine. Dat vrat aan hun gevoel van zin. En weinig staat geluk zo in de weg als een gevoel van zinloosheid. Het is voor mensen lastig domweg gelukkig te zijn in de Dapperstraat. We willen van nut zijn, en werk geeft ons het gevoel dat we ertoe doen. Na een werkdag maakt een voldaan gevoel zich van de werkende meester, hij heeft zijn rust letterlijk en figuurlijk verdiend.

U werkt voor uw portemonnee. Dat hoeft geen bezwaar te zijn, een schoonmaakster vertelde mij een keer dat haar doel was zoveel te verdienen, dat haar zoon in toekomst kon studeren en achter de bureaus zou komen te zitten die zij moest schoonmaken. Dat doel maakte haar werk zinvol. Bij u is dat anders, het werk zuigt u leeg. Uw werk is voor u zinloos geworden.

In 2013 schreef de Amerikaanse antropoloog David Graeber een essay met de titel ‘On the Phenomenon of Bullshit Jobs’, waarin hij een pleidooi houdt voor het bestrijden van onzinbanen. In nogal wat lijstjes van bullshitjobs staat de makelaar de laatste jaren in de top tien, hij lijkt de tweedehands autoverkoper van de jaren twintig.

Wat is een onzinbaan? Een veelgehoord criterium: het land kan zonder. Er is een beroemd voorbeeld uit de jaren zeventig van de vorige eeuw, toen de vuilnismannen in New York staakten. Binnen een week riep de burgemeester de noodtoestand uit omdat de stad in een open riool was veranderd. En toen een paar maanden geleden in Nederland de vuilnismannen staakten, was de puinhoop op straat met een paar dagen overdag een bezienswaardigheid en ‘s nachts een feest voor de ratten. Eveneens in de jaren zeventig staakten de Ierse bankiers, maar zelfs na een half jaar raakte het land niet ontwricht. Goed mogelijk dat ons land ook gewoon doordraait als de makelaars zouden staken, zeker nu de woningmarkt wat is afgekoeld. Maar als we dit criterium hanteren, ligt de lat voor de meesten van ons te hoog. Omscholing dreigt voor nagenoeg iedereen buiten de gezondheidszorg, het onderwijs of de vuilophaaldienst.

Volgens Graeber is een bullshit job een baan waarvan degene die het werk doet zélf zegt dat het zinloos is. Dat maakt de Bullshit Job tot een subjectief begrip. Voor een vegetariër is een slager een onzinbaan, maar daar denkt de liefhebber van de speklap anders over.

Toch kan ik me goed voorstellen dat er afgelopen jaar makelaars geweest zijn die op een verjaardagsfeestje nauwelijks nog durfden te vertellen wat voor werk zij doen. Misschien is het voor hen zinnig zich te laten omscholen, al is het maar omdat het lastig is je werk goed te doen wanneer je het flauwekul vindt.

Het gesprek op het verjaardagsfeestje kan ook anders verlopen. U schrijft: ‘Vroeger had ik het idee er voor de klanten te zijn’. Goed mogelijk dat u zonder schroom vertelt over het belang van uw werk – althans hoe het vroeger was, voordat het bedrijf waarvoor u werkt, werd overgenomen. Er zullen altijd huizen gekocht en verkocht worden. Er zullen altijd mensen zijn die geen tijd hebben, of het inzicht ontberen dat zelf te doen. Ik stel me voor dat u iets zou kunnen zeggen als: ‘Ik help jonge gezinnen een huis te vinden dat ze nét kunnen betalen’. Of: ‘Ik help ouderen een kleinere woning te vinden, zodat ze geld overhouden om hun kinderen te helpen. Bullshitbaan? Hoe kom je erbij?’

Door jezelf de vraag te stellen of je op een verjaardag de vraag naar je werk duikt, kun je achterhalen of het gebrek aan voldoening veroorzaakt wordt door de functie die je uitoefent of door de wijze waarop de functie nu moet worden ingevuld. In uw geval lijkt het tweede het geval. Daarom adviseer ik u te stoppen met piekeren, u hoeft geen ander vak te leren. Het is zinniger u te verzetten tegen de werkwijze van het bedrijf waar u nu dienst bent. Als dat vechten tegen de bierkaai is, kunt u op zoek naar een makelaar waarbij de dienstverlening niet in dienst staat van de bonus, maar van de bevolking. Dan komt de zin vanzelf weer.

Heeft u een vraag voor de Zinzoeker? Stuur deze, met wat context, naar: dezinzoeker@trouw.nl

Deze column verscheen op 9 mei 2023 in Trouw.

 

Peter Henk Steenhuis studeerde Nederlandse taal- en letterkunde aan de Universiteit van Amsterdam. Sinds 1994 werkt hij bij Trouw als eindredacteur, plaatsvervangend chef kunst en filosofieredacteur. Daarnaast is hij auteur van diverse boeken en is hij docent bij Emmius.