
Er is werk aan de winkel in sturen op diversiteit
Aandacht voor diversiteit en inclusie is geen gril van de woke cultuur. Het is een wezenlijk onderdeel van het beleid van ondernemingen die werken aan een duurzame toekomst. Gerichte aandacht voor verschillen in culturele achtergronden en daarmee samenhangende normen en waarden moet een vast onderdeel worden van de strategische visie van de leiders van nu.
Het is geen toeval dat aandacht voor diversiteit een van de aandachtspunten is in de nieuwe Corporate Governance Code. In een interview in Het Financieele Dagblad zegt Pauline van Meer Mohr, voorzitter van de Monitoring Commissie, erover: “Wat je wilt, is dat een minderheid zich niet alleen getolereerd voelt, maar ook voor vol wordt aangezien. Dat ze worden gewaardeerd om wie ze zijn en wat ze brengen. Daar moet een bedrijfsleiding voor zorgen.”
Dat is geen geringe opgave. Als dienstplichtig militair heb ik als blauwhelm in Libanon al op jonge leeftijd meegemaakt waar culturele en religieuze verschillen in de uiterste vorm toe kunnen leiden. Als ondernemer loop ik telkens aan tegen het grote verschil in betrokkenheid tussen mensen. Ik moet hierin het verschil maken, maar ik kan het niet alleen.
Ik heb als ondernemer lang gezocht naar het antwoord op de vraag hoe je de betrokkenheid van medewerkers kan vergroten. Hoe geef je ze de indruk dat ze ertoe doen, van belang zijn voor jou en wezenlijk voor het succes van de onderneming? De vraag is of leiders de kennis en betrokkenheid van de medewerkers bij het bedrijf onderkennen en erkennen. Bij problemen zoeken we het antwoord bij externe deskundigen in plaats van zelf de eigen mensen te doorgronden. Tijd, prioriteit en deskundigheid wreken zich.
En de volgende vraag is: hoe goed kennen we onze medewerkers? Wat weten we van hun achtergronden, van hun visie op het leven, van de normen en waarden die ze in het leven belangrijk vinden. Wat we wel weten is dat een medewerker die zich gekend en gehoord voelt, zich meer betrokken zal voelen bij de organisatie. Dat is zingeving. Mensen maken in de iedere organisatie het verschil tussen succes of falen, maar hoe bewust sturen we dit proces. Als ondernemer in onderwijsland intrigeerde me dit.
Op de zoektocht naar een antwoord op al deze vragen kwam ik terecht bij de faculteit Religie, Cultuur en Maatschappij van ‘mijn eigen’ RU Groningen. Prof. dr. Hanneke Muthert, adjunct-hoogleraar godsdienstpsychologie van de faculteit zegt erover: “Organisaties zijn zich vaak onvoldoende bewust van de grote invloed die levensbeschouwelijke en culturele achtergronden hebben op het functioneren van medewerkers. Het zijn onderwerpen die onvoldoende aan de orde komen omdat de specifieke kennis en vaardigheden om hierover een dialoog aan te gaan, vaak ontbreken. Praten over zingeving is een vak.”
Haar kennis van deze dialoog hebben we inzet gemaakt van de Emmius School voor Werk en Zingeving. Daar leren we mensen voorop te gaan in deze dialoog en binnen organisaties de spil te zijn in het culturele verandermanagement. Mijn overtuiging is dat de vraag naar kennis over het voeren van deze dialoog groot moet zijn. Het is immers een domein waar veel ondernemingen mee worstelen. De realiteit gebiedt mij te zeggen dat we nog een roepende in de woestijn zijn. Mijn geloof is dat het aangaan van de dialoog een strategische noodzaak is voor ondernemingen die in een snel veranderende wereld een duurzaam succes nastreven. Er is werk aan de winkel!
Albert Jan Postma
Albert Jan Postma is oprichter van de Freia Groep (o.a. Comenius, Emmius, AOG en NIVE) en investeerder in El Ninjo (o.a. WakaWaka en XS2talent)